Inleiding

Groningen is een stad waar het voor een ieder prettig wonen en verblijven is. Een stad waarin iedere Stadjer voldoende capaciteit en kansen heeft om volwaardig en actief te kunnen meedoen aan de samenleving. En waar we gezamenlijk werken aan een aantrekkelijke, bruisende binnenstad en vitale, leefbare buurten en wijken.

Met het gebiedsgericht werken dragen we actief bij aan de opgaven en ontwikkeling van de Stad. Dit doen we vanuit een handelingsperspectief dat dichtbij én met bewoners, ondernemers, instellingen en andere partners in buurt of wijk wordt georganiseerd. De karakteristieken van het gebied en de daar aanwezige structuren, initiatieven en activiteiten vormen telkens het vertrekpunt. Het gebiedsgericht werken betekent een andere manier van werken: een werkwijze die open, integraal en situatiespecifiek georiënteerd is. Ze functioneert zowel naast als aanvullend op de stedelijke en sectorale programma’s.

Een korte toelichting
Onze samenleving verandert in rap tempo. Veel maatschappelijke processen voltrekken zich min of meer autonoom. We beseffen dat we de stad steeds minder zelf maken en kunnen deze slechts in beperkte mate beïnvloeden. Dit gegeven heeft gevolgen voor onze rol als overheid, de manier van werken en de wijze waarop we ons tot de stad verhouden. Steeds meer opereren we als een speler in een breder en complexer wordend maatschappelijk speelveld. We moeten tijdig aanhaken op lopende ontwikkelingen en meer oog hebben voor initiatief. Dit vraagt om een manier van werken die naast een robuuste basis ook flexibiliteit toelaat: in proces/organisatie, in financiering en regelgeving en met ruimte voor maatwerk en adaptieve inpassing. Opgaven moeten we op het juiste niveau oppakken.
Om beter te kunnen inspelen op behoeften en eisen van deze tijd werkt de gemeentelijke organisatie aan transformatie naar een open organisatie. Een organisatie waarbij hiërarchische lagen en sectoren diffuus worden en meer op basis van gelijkwaardigheid en parallelle belangen wordt geacteerd. Zo’n omslag vraagt om tijd, het is een zoektocht naar nieuwe vruchtbare vormen van samenwerking.

Ontwikkelingen
Ruimte voor differentiatie
Buurten en wijken verschillen van karakter en daarmee in weerbaarheid en ontwikkelkracht. In gebieden waar het basisniveau op orde is en de potentie en energie aanwezig zijn om initiatieven gemakkelijk van de grond te laten komen, kunnen we volstaan met ‘loslaten’, ruimte bieden of aanhaken. Om zo de aanwezige krachten aan te boren en te benutten voor gezamenlijk doelbereik. Tegelijkertijd beseffen we dat de stad een aantal kwetsbare gebieden kent en Stadjers moeite hebben om volwaardig met onze samenleving mee te doen. Daar waar ontwikkelingen achterblijven of het gewenste basisniveau onder druk staat, zullen we vanuit onze wettelijke taak en verantwoordelijkheid als overheid negatieve trends proberen te neutraliseren en om te buigen. In een aantal buurten en wijken zullen we daarom blijven investeren en het voortouw nemen om gewenste ontwikkelingen op gang te brengen. WIJ Groningen heeft hierin een belangrijke rol. WIJ Groningen organiseert een gebiedsgerichte sociale infrastructuur en ondersteuningspraktijk, die een resultaatgerichte ondersteuning aan inwoners biedt. Deze ondersteuning sluit aan op de eigen mogelijkheden van inwoners en hun directe omgeving. De nadruk ligt op het voorkomen of verminderen van sociale problemen en het vergroten van de eigen regie en meedoen aan de Groninger samenleving.

Positionering Integraal Gebiedsgericht Werken
Het gebiedsgerichte werken raakt vanwege het integrale karakter rechtstreeks aan de doelen en activiteiten uit de stedelijke programma’s. Dit vraagt om een goede coördinatie. Binnen de stedelijke programma’s leggen we vanuit sectorale invalshoek de basis voor het niveau dat we als stad willen waarborgen of  de verantwoordelijkheid dragen. Vanuit deze basis kan binnen de programma’s extra ruimte worden gecreëerd voor een meer situatie-specifieke invulling of gebiedsgerichte prioritering. Het gebiedsgericht werken neemt hierbij - naast een verbindende - een agenderende rol in. Aanvullend kan tevens extra inzet worden georganiseerd vanuit het gebiedsgericht werken.
Om een goed antwoord te geven op de toenemende dynamiek in de samenleving, vaak tijdelijk van aard,  is –als gezegd- het tijdig signaleren en waarderen van kansrijke initiatieven of zich aandienende opgaven cruciaal. Het gebiedsgericht werken heeft daarvoor de ruimte nodig in proces/organisatie en middelen om de handelingsreikwijdte voor zulke ontwikkelingen te vergroten. Met de Gebiedsagenda 2016 is de ruimte gecreëerd om met gerichte activiteiten te initiëren, te stimuleren of te faciliteren.

Wijkwethouders en gebiedsteams
Het steviger positioneren van het gebiedsgericht werken vormt een belangrijk onderdeel van de ambities van het College van B&W, zoals vastgelegd in het Coalitieakkoord “Voor de Verandering”. Daartoe zijn we in 2015 gestart met wijkwethouders. Elke wethouder heeft naast zijn eigen reguliere portefeuilles de verantwoordelijkheid gekregen over het gebiedsgericht werken in zijn stadsdeel en de daarbij behorende buurten en wijken. De wijkwethouders sturen en bewaken de nieuwe werkwijze en zijn aanspreekbaar voor bewoners, waarmee de toegankelijkheid van onze organisatie wordt vergroot. Een integraal samengesteld gebiedsteam adviseert en ondersteunt de wijkwethouder en draagt zorg voor afstemming en samenwerking met de onderdelen van de gemeentelijke organisatie. In totaal zijn daarmee voor de vijf stadsdelen wijkwethouders met bijbehorende gebiedsteams actief. De gebiedsteams zijn aanvullend aan en coördinerend op de vele reguliere gemeentelijke contacten met burgers, bewoners(vertegenwoordigingen), en  belangengroepen. Met de invoering van het wijkwethouderschap en de 5 gebiedsteams is het de bedoeling dat de gemeente (nog) toegankelijker wordt voor de initiatieven van burgers.

Met de wijkwethouders en gebiedsteams is een structuur neergezet die de organisatie meer dienstbaar en dichter bij de burger doet opereren. Zo willen we bewoners en partners in de stad meer regie geven over wat er in de stad en eigen leefomgeving gebeurt. Op basis van onze kennis over de stad en contacten met bewoners en partners zijn voor ieder stadsdeel concept-gebiedsagenda’s opgesteld.
Het opstellen van de concept-gebiedsagenda is in de deelgebieden op verschillende wijze tot stand gekomen. Ook  de betrokkenheid van bewoners is in de gebieden verschillend geweest. Hierdoor ontstaat een divers palet aan allerlei bewonerscontacten. Een greep hieruit:

  • Bewonersoverleggen, 'Heel de Buurt'-overleggen en contacten met bewonersorganisaties;
  • Bewoners hebben zich spontaan gemeld bij gebiedsteams met initiatieven;
  • De wijkwethouders hebben de afgelopen maanden tijd geïnvesteerd in contacten met (wijk)bewoners;
  • Er is een proces van cocreatie gestart in Rivierenbuurt, Badstraten,  Grunobuurt, Laanhuizen en Zeeheldenbuurt, De Wijert, Groningen West en Paddepoel;
  • Initiatievencafés Zuid;
  • De gebiedsteams hebben voor het maken van de gebiedsagenda gebruik gemaakt van de Wijkkompassen en informatie uit de leefbaarheidsmonitor.

Deze concept-gebiedsagenda’s, aangevuld met het programma voor Wijken voor Jeugd en onderdelen van het 'Plusprogramma' Beheer en Onderhoud, leggen we de komende periode terug aan de bewoners, instellingen en partijen in de wijken. Enerzijds worden daarmee nieuwe initiatieven en activiteiten opgehaald die in beeld kunnen komen voor inzet van het flexibele wijkwethoudersbudget. Anderzijds zal dit resulteren in een nadere prioriteitsstelling van bewonersinitiatieven, voorgenomen projecten, maatregelen en activiteiten, uitmondend in een definitieve gebiedsagenda, jaarschijf 2016. De participatie, leidend tot een breder gedragen en herkenbaar gebiedsprogramma met een goede balans tussen opgave en initiatief, zal stadsdeel/wijk-specifiek door het gebiedsteam en wijkwethouder worden vormgegeven. Het vormt onderdeel van het gewenste groeimodel op weg naar een handel- en werkwijze in gezamenlijkheid met bewoners, ondernemers en partijen in de wijk.
Uitgangspunt is verdere flexibilisering van programma, werkwijze en inzet van financiële middelen. Met het beschikbare budget hopen we een vliegwieleffect rond initiatieven te bewerkstelligen. Over het resultaat, het gebiedsprogramma en de daadwerkelijke inzet van middelen zullen we daartoe achteraf verantwoording afleggen. Dat kan ons inziens ook niet anders, omdat we snel en effectief willen reageren op zich aandienend, nieuw initiatief. Voor maatwerk is een “on-going” proces nodig.

Analyse Hoe staan we ervoor?

Onze buurten en wijken staan er over de breedte genomen voldoende tot goed op, zeker vergeleken met andere grote steden. Landelijke monitoren bevestigen dit beeld. Met name in de fysieke leefomgeving en op thema’s als veiligheid en overlast zijn de afgelopen decennia forse stappen gezet. De verschillen tussen buurten en wijken in de stad zijn kleiner geworden. Daarmee hebben de inspanningen in de herstructurering en de wijkvernieuwing hun vruchten afgeworpen. Desondanks zijn er gebieden die om extra aandacht (blijven) vragen. Zo hebben een aantal buurten en wijken onvoldoende profijt gehad van de wijkaanpak of kennen ze een toenemende concentratie van sociale en leefbaarheidsproblematiek. Met name de oude, noordoostelijke stadswijken en de vroeg naoorlogse uitbreidingsgebieden in het oosten en westen blijven op het vlak van sociale weerbaarheid wat achter. Daardoor tekent zich een tweedeling af: tussen de noordoostelijke en zuidwestelijke oude stadswijken en tussen én binnen de naoorlogse uitbreidingswijken. Gebieden met een ondergrond van zand scoren doorgaans beter.

Geld
Voor de jaarschijf 2016 willen we voor de Gebiedsagenda een bedrag van 5,7 miljoen euro reserveren. Conform het Coalitie-Akkoord zal dit budget (met name) worden bewerkstelligd door herallocatie van beschikbare middelen. Vanuit de nieuwe middelen zal aanvullend 1 miljoen euro worden bijgedragen. Voor de periode 2017 - 2019 zal tevens jaarlijks 1 miljoen euro. aan aanvullende nieuwe middelen worden gereserveerd. De inzet van dit budget voor de jaarschijf 2016 kent de volgende hoofdonderdelen:  

  • Er zal een budget van 1 miljoen euro worden gereserveerd voor de wijkwethouders (5x 0,2 miljoen euro);
  • Aanvullend hierop zijn concrete opgaven en activiteiten benoemd die een plek krijgen in de Gebiedsagenda 2016, en welke zijn verbonden aan de doelen uit de stedelijke programma’s en de opgaven vanuit de vijf gebiedsagenda’s. Het totaalbudget hiervoor is geraamd op 4,2 miljoen euro;
  • Tenslotte willen we een algemeen budget van 0,5 miljoen euro reserveren voor een tweetal activiteiten. Het gaat hier om het bevorderen van de stadsbrede en wijkgerelateerde gemeentelijke informatievoorziening door de doorontwikkeling van de Basismonitor/Wijkkompassen en het faciliteren van het initiatief en daarmee de samenwerking met de stad door het proces StadDoetMee.

We geven we per stadsdeel aan op welke activiteiten we de middelen willen inzetten. Na een algemene paragraaf behandelen we  het Centrum, Oude wijken en de stadsdelen Oost, Zuid en West.